‘Biobased materialen: gezond verstand’
In gesprek met Peter Linders (Kwartiermakers in de Bouw)
Biobased bouwmaterialen en met name biobased isolatiematerialen hebben de toekomst. Dat gaat niet van de ene op de andere dag, maar de omslag is gaande, zo merkt Peter Linders van Kwartiermakers in de Bouw. “Biobased materialen zijn eigenlijk ‘gezond verstand producten’, die toekomstproof zijn”, zo is zijn overtuiging.
Peter Linders maakte voor het Nationaal Renovatie Platform een zesdelige podcastserie over biobased isoleren. Eén sessie daarvan werd live gepresenteerd en opgenomen tijdens de vakbeurs Renovatie & Transformatie 2024.
In de podcastserie wordt ingegaan op de mogelijkheden en uitdagingen van biobased isoleren. Die verschillen per betrokken partij, waaronder leveranciers, afnemers, adviseurs, opdrachtgevers zoals corporaties, en overheid. Linders: “Je zou zo veel als mogelijk met biobased materialen moeten werken, maar dat is nog niet vanzelfsprekend. Zoals elke transitie vraagt dit een fasering voordat het het nieuwe normaal is. De urgentie is er. De bebouwde omgeving is verantwoordelijk voor een aanzienlijk deel van de CO2-uitstoot. Wil je daar iets aan doen dan zul je producten moeten toepassen met een lagere CO2-voetprint.”
Kosten
Dan moeten die producten er uiteraard wel zijn, gecertificeerd en betaalbaar. “Veel biobased isolatiematerialen zijn nog wel in de pilot-sfeer. Een deel is al opschaalbaar. Stro wordt bijvoorbeeld al jaren gebruikt; door op te schalen neemt de beschikbaarheid en de betaalbaarheid toe. Wat je nu ziet is dat er als het gaat om kosten eigenlijk alleen naar de economische waarde van producten wordt gekeken. De CO2-waarde wordt nog niet meegerekend. En doordat producten vaak nog onbekend zijn en nog niet gecertificeerd, wordt er al snel met een ‘onbekendheidstoeslag’ of ‘angsttoeslag’ van 15 tot 20 bovenop de prijs gerekend.”
“Om dat te veranderen is samenwerking nodig in de sector. Ook tussen fabrikanten. In een van de afleveringen komt Kingspan Unidek aan het woord. Die willen ook biobased isolatiematerialen ontwikkelen, maar daar moet dan wel vraag naar zijn. Ook aan het woord in diezelfde uitzending kwam Isovlas. Dat bedrijf heeft een heel andere strategie doordat die op één specifiek product focust. Ze waren het er wel over eens dat er innovatie nodig is als drijvende kracht.”
“Opdrachtgevers spelen hier een belangrijke rol in. Corporaties als Parteon uit Wormerveer en Trudo uit Eindhoven hebben biobased bouwen verankerd in hun strategie. Als een opdrachtgever al biobased materialen wil hebben, wordt het voor de keten een stuk gemakkelijker. En uit onderzoek van de Gemeente Amsterdam blijkt ook nog eens dat het economisch haalbaar is.”
Linders ziet de ontwikkelingen hard gaan, wat uiteindelijk ook zal moeten resulteren in aanpassingen van wet- en regelgeving. Daarin moeten biobased materialen het uitgangspunt gaan worden. “Ik zie dat opdrachtgevers de mond vol hebben over biobased bouwen. Je ziet ook dat aanbieders niet meer wegkomen met ‘goedkopere alternatieven’, ofte wel blijven doen wat ze altijd deden. En je ziet dat het aanbod op de markt toeneemt.”
Enkele conclusies uit de vele gesprekken voor de podcastserie waren dat de voordelen van biobased isolatiematerialen nog meer voor het voetlicht gebracht mogen worden, dat de partijen in de keten er samen aan moeten werken om de onbekendheid weg te nemen en dat er behoefte is aan standaardisatie, maar ook aan innovatie. Standaardisatie vergemakkelijkt normering. Innovatie, zoals bijvoorbeeld de ontwikkeling van sandwichpanelen, vergroot de toepasbaarheid.